Ga naar de inhoud

12 tips voor leestoetsen Engels, Frans, Duits en Nederlands

Leestoets tips engels frans duits nederlands

Je krijgt voor alle talen op school leestoetsen. De eindexamens voor de vakken Engels, Frans, Duits en Nederlands zijn leestoetsen. Belangrijk dus om te weten hoe je leestoetsen goed maakt! Hieronder vind je 12 leestoets tips voor Engels, Duits, Frans of Nederlands.

12 tips voor leestoetsen

1. Maak oefentoetsen

Net als bij wiskunde is het bij leestoetsen naast het leren ook belangrijk veel te oefenen. Op Examenblad.nl vind je van alle vakken op alles niveaus oude examens en de antwoorden. Handig om mee te oefenen.

Lees ook: 12 tips voor luistertoetsen (Engels, Frans en Duits)

2. Bekijk aan het begin hoeveel teksten er zijn en hoeveel punten je ervoor kan halen

Als je de toets ontvangt is het slim om even een overzicht te krijgen van wat je allemaal moet doen. Blader de toets door zodat je ziet hoeveel teksten er zijn en welke teksten veel punten waard zijn. Bedenk voor jezelf hoe veel tijd je kan besteden aan elke tekst en welke teksten belangrijk om in ieder geval gemaakt te hebben.

3. Scan de tekst eerst: waar gaat de tekst over?

Wanneer je begint met een tekst is het handig om te tekst eerst te scannen. Bekijk daarbij de titel, de koppen en eventuele afbeeldingen. Zo orienteer je je alvast.

Lees ook: Goede cijfers halen op school: 20 tips die echt werken

4. Eerst de vraag lezen of de tekst?

Het kan allebei, doe maar wat je zelf handiger vindt. Je kan bijvoorbeeld snel door de tekst lezen en vervolgens per vraag naar de tekst gaan om het antwoord te vinden.

  • Scan de tekst
  • Lees vraag 1
  • Beantwoord vraag 1 door nauwkeurig een deel van de tekst te lezen waar je het antwoord op de vraag vindt
  • Ga naar vraag 2

Er wordt soms aangeraden om eerst alle vragen te lezen en dan de hele tekst te lezen. Het probleem is dat je vaak de vragen al vergeet terwijl je leest, waardoor je later opnieuw de vragen en de tekst moet lezen, wat veel tijd kost.

5. Gebruik je woordenboek alleen als het echt nodig is

Je hoeft niet elk woord in een tekst te kennen op de tekst te begrijpen. Gebruik alleen je woordenboek als je anders niet de vraag kan beantwoorden. Woorden opzoeken kost tijd!

Leestoets tips engels frans duits nederlands leren

6. Sla moeilijke vragen eerst over

Net als bij alle andere toetsen is het slim om moeilijke vragen eerst over te slaan. Maak de lastige vragen aan het einde, zodat je in ieder geval de makkelijke vragen hebt beantwoord en punten daarvoor krijgt.

Lees ook: Meerkeuzevragen beantwoorden: 16 tips

7. Lees de vraag goed: pas op voor instinkers

Bij leestoetsen moet je goed oppassen met wat er gevraagd wordt. Voorbeeld: “Welk van de onderstaande opmerkingen komt niet overeen met de mening van de schrijver. Het kan helpen om de vraag hardop in je hoofd te lezen.

Lees ook: Vindt hij me leuk? 25 signalen dat een jongen jou leuk vindt

8. Vul altijd iets in

Je krijgt sowieso geen punten als je niks invult. Desnoods moet je gokken. Vul altijd iets in! Niet geschoten is altijd mis.

Leestoets tips puzzel

9. Signaalwoorden en vraagwoorden goed leren

Of je nou een leestoets maakt voor Nederlands, Frans, Duits of Engels, zorg er altijd voor dat je de signaalwoorden en vraagwoorden goed kent. Woorden zoals “waarom, wie, waar, omdat, hoe, zodat, daarom, met, maar, toch, om, daardoor, als” zijn belangrijk om te leren (in de taal van de leestoets). Online vind je voor alle talen lijsten van signaal- en vraagwoorden met de vertalingen erbij.

10. Ga naar een alinea of regel als daar naar verwezen wordt

Als er gevraagd wordt: “Welke zin vat alinea 2 het beste samen” moet je alinea 2 goed lezen en dan de vraag beantwoorden. Als er gevraagd wordt: “Citeer het woord uit regel 14 dat “boos” betekent”, moet je ook sowieso naar die regel gaan om het antwoord te vinden.

Lees ook: 17 leuke verjaardagsfeestje ideeën voor 12 tot 18 jaar

11. Leer de verschillende soorten vragen

Er zijn verschillende soorten vragen die je vaak op leestoetsen krijgt. Fijn om even vertrouwd te raken ermee.

  • Welk woord past het beste/is weggelaten op plek 1?
  • Waarom vindt de schrijver dat…
  • Koppel de uitspraak aan de juiste persoon
  • Welke zin vat alinea x het beste samen
  • Citeer twee signaalwoorden uit alinea x
  • In welke regel vertelt de schrijver…
  • Welke titel past het beste bij de tekst?
  • Welke uitspraak komt het beste overeen met…

12. Baseer je antwoord op de tekst, niet op wat je zelf weet

Bij een leestoets vind je je antwoord altijd in de tekst. Je hoeft in principe niks te weten over het onderwerp van een tekst om de vragen te beantwoorden.

Voorbeeld: “Op welke drie manieren kan je je koolstofdioxide uitstoot verminderen volgens de tekst?” Je moet dan niet allemaal manieren opnoemen, die welk correct zijn, maar niet in de tekst zijn genoemd!

Probeer zo dom mogelijk te doen. Denk alsof je niets weet en alleen informatie uit de tekst kan halen.

12 tips voor leestoetsen Engels, Frans, Duits en Nederlands samengevat

  1. Maak oefentoetsen
  2. Bekijk aan het begin hoeveel teksten er zijn en hoeveel punten je ervoor kan halen
  3. Scan de tekst eerst: waar gaat de tekst over?
  4. Eerst de vraag lezen of de tekst?
  5. Gebruik je woordenboek alleen als het echt nodig is
  6. Sla moeilijke vragen eerst over
  7. Lees de vraag goed: pas op voor instinkers
  8. Vul altijd iets in
  9. Signaalwoorden en vraagwoorden goed leren
  10. Ga naar een alinea of regel als daar naar verwezen wordt
  11. Leer de verschillende soorten vragen
  12. Baseer je antwoord op de tekst, niet op wat je zelf weet

Gepubliceerd op 24 augustus 2021

Er zijn 5 reacties op dit artikel

  1. Morgen heb mbo 2F cito examen, heb vaker geoefend dat met meerdere keuze beantwoorde twijfelt. Ik vind zo spannend nu. En NL taal is niet mijn moedertaal.

  2. Anonieme tweede klasser

    Dit gaat mij echt goed helpen. Niet alleen deze post maar ook je andere. Thanks!
    Trouwens ik heb je ontdekt via nos stories leuk filmpje.

Geef een reactie!

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Hoi, leuk dat je er bent! Tipsvoorschool.nl maakt gebruik van cookies

X